Rijk van Nijmegen
Wie de trein pakt van Arnhem naar Nijmegen, wordt getrakteerd op een prachtig stuk fysische geografie. Eerst zie je bij Arnhem hoe de Nederrijn de Veluwe heeft afgesneden, en vervolgens een al even scherpe overgang achter de brede Waal, waar Nijmegen hoog boven uit torent.
Dit is het begin van het Rijk van Nijmegen, het zuidelijkste stuwwalcomplex van Nederland – die inderdaad geïsoleerd is geraakt doordat de Rijn ten noorden van Nijmegen door de stuwwal heen gebroken is. Toch is het Rijk van Nijmegen (geologisch) geen vervolg van de Veluwe, maar van de stuwwallen van het Monterferland, onder Doetinchem.
Dat is ook terug te herkennen in de mineralogische samenstelling: de bodem bevat naast zand en grind ook opgestuwde kleilaagjes en leem. De bossen zijn daardoor rijker, er zijn meer bronnen en het gebied is wat beter bestand gebleken tegen verzuring. Gevolg: het Rijk van Nijmegen is voor Nederland nog een hotspot van biodiversiteit. Die biodiversiteit wordt nog versterkt door de nabijheid van de Rijn en de Maas – die op hun beurt ook biodiversiteitshotspots zijn – waardoor langs de randen soortenrijke overgangslandschappen bestaan.
Het geeft mij plezier om te zien hoeveel soortenrijkdom de tuin aantrekt. Er is altijd wel iets bijzonders te zien. In de tuin zijn al verschillende zeldzame soorten gevonden, zelfs soorten die nog niet eerder voor Nederland waren vastgesteld. De tuin zal nooit blijven interesseren en verrassen.
Jochem Kühnen
Waar precies?
Wij bedoelen met de streek alle ‘Pleistocene’ (zandige en opgestuwde) gronden rond Nijmegen. Die gaan van Nijmegen-stad en Malden in het westen tot de Duitse grens in het oosten, met inbegrip van plaatsen als Groesbeek, Beek-Ubbergen en Berg en Dal. Het hart van het gebied wordt gevormd door de Zeven Heuvelen.
Ook het noordpuntje van Limburg, bij de Mooker Heide, hoort er nog net bij. Daarna gaat de streek ten zuiden over in de Limburgse Maasstreek. Ook ten westen en noorden van het Rijk van Nijmegen bevinden zich rivierstreken: de Brabants-Gelderse Maas, Laaglandrivieren en Gelderse Poort. Met die laatste bestaan scherpe overgangen – zoals de Waalkade in Nijmegen en de Ooijpolder (die we ook rekenen tot de Gelderse Poort) ten noorden van Beek.
Icoonsoorten van Rijk van Nijmegen
Voor een stuwwalstreek heeft het Rijk van Nijmegen bossen met een relatief rijke bodem. Er groeit daarom ook een grotere diversiteit aan loofbomen, met onder andere rijk strooisel-soorten als haagbeuk, boskriek (zoete kers) en winterlinde – allemaal nog in wilde populaties.
Daarnaast komen wilde populaties voor van boswilg, eenstijlige meidoorn, tweestijlige meidoorn, hazelaar, hondsroos, sporkehout, Gelderse roos, wilde appel, wilde kruisbes en zwarte bes. Op bosbodems waar strooisel goed verteert bestaat ook een rijke kruidlaag, net als op de flanken van de stuwwallen waar bronnen voorkomen.
Een echte icoonsoort is fraai hersthooi, een bedreigde rood-gele bloeier die houdt van een lemige bodem. Typische bosbloemen zijn verder boswederik, dalkruid, muskuskruid, valse salie en wilde kamperfoelie. Ook grote veldbies is een kenmerkende plant voor de streek. In de wat opener leemrijke delen groeien verder soorten als zwarte toorts, kleine pimpernel, knoopkruid en dagkoekoeksbloem.
Onder de wilde bijen heeft het Rijk van Nijmegen één onbetwiste icoonsoort: de eikenzandbij. Dit is om verschillende redenen een heel bijzondere bij – met semi-sociaal nestgedrag. Vrouwtjes vormen niet alleen kolonies, maar gebruiken ook dezelfde nestingangen. Ook de stuifmeelbronnen zijn opmerkelijk – vooral bomen, waaronder ook windbestuivers, zoals eiken. De soort is in heel Europa zeer zeldzaam en had de afgelopen vijftig jaar een grote kolonie in Berg en Dal. Mogelijk is deze recentelijk verdwenen.
Een andere echte icoonbij voor de streek is de gewone langhoornbij, een grote bijensoort met lange voelsprieten die eveneens semi-sociaal in kolonies nestelt. De soort is zeer sterk achteruitgegaan en komt nu alleen nog voor op Texel, in het Rijk van Nijmegen en lokaal in Limburg. Vrouwtjes verzamelen stuifmeel van vlinderbloemigen waaronder rode klaver – en op ossentong.
Bijzondere streeksoorten die je er wel in ecologische tuinen kunt verwachten zijn onder andere de donkere rimpelrug – die eveneens in kolonies nestelt, en naast bloeiende kruiden een voorkeur heeft voor bloesemstruiken zoals sleedoorn en wilgen – en bijvoorbeeld de heggenrankbij, die voor stuifmeel volledig afhankelijk is van de gelijknamige klimplant, heggenrank.
Kenmerkende streekvlinders zijn ondere andere de bruine essenuil, die voorkomt in rijkere bossen en woonwijken met aanplant van essen, en de wat algemenere schaduwstipspanner – een soort waarvan de rupsen meehelpen om dode bladeren in je tuin te composteren.
Flora
Fauna
Wat betekent dit voor jouw tuin?
Het Rijk van Nijmegen is een divers gebied. In het hart ligt een groot bosgebied, maar er zijn ook opener delen, zelfs met een glooiend heggenlandschap. Daarnaast zijn er de flanken: overgangsgebieden naar de soortenrijke streken van de Rijn en de Maas.
Het maakt daarom voor de inrichting van je ecologische tuin veel uit of je een open tuin hebt (of wilt hebben) – of juist een boomrijke tuin met halfschaduw. In het laatste geval is het leuk om ook te werken met de karakteristieke bossoorten van de streek. Bij een opener tuin kan het geen kwaad om ook wat bloeiende kruiden te introduceren uit de nabijgelegen rivierstreken (met open uiterwaarden) zoals bijvoorbeeld wilde marjolein, beemdkroon en misschien wel heggenrank.
Zeker als je wilt genieten van een grote diversiteit aan bloeiende kruiden, blijft het altijd aan te raden om geen extra stikstofbronnen toe te voegen, zoals tuinaarde of gazonmest. Om verzuring tegen te gaan, zou je juist wel wat kalk kunnen strooien – zeker als je ook de nabijgelegen uiterwaardnatuur welkom wilt heten.
De tuin verandert altijd en blijft mij verbazen en onderrichten. Zo ontdek ik steeds meer roof- en parasitaire insecten in een steeds complexere voedselketen.
Ton Huijnen
Bloemenweide maken?
Bestel Rijk van Nijmegen-streektuinmengsel
De inheemse kwekerij Cruydt-Hoeck heeft samen met Streektuinen.nl voor elk van de 25 streken een apart mengsel ontwikkeld van bloeiende kruiden die goed passen in de bewuste streek, en tot hun recht kunnen komen in tuinen.
Verhalen uit Rijk van Nijmegen
Wij willen heel graag meer verhalen gaan vertellen (in tekst en beeld) over icoonsoorten en andere unieke natuur per streek, over individuele streektuinen, en wellicht ook Streektuindagen organiseren waarbij jullie bij elkaar op bezoek kunnen gaan voor inspiratie. Meld dus vooral je tuin aan. Je kunt dan als je dat leuk vindt ook iets vertellen over jouw tuin!
Echt ‘schrale’ soorten zaaien? Zorg dan voor een zeer arm zaaibed – of overweeg een groendak!
Het bijzondere verhaal (met video) van de gele weidemier: de ondergrondse helper van bloemrijke graslanden
Komende winter een boom of struik planten? Hier zie je welke (ecologisch waardevolle) soorten thuishoren in jouw streek!
Voeg jouw tuin toe aan Rijk van Nijmegen!
Door mee te doen voeg je een klein natuurgebiedje toe aan jouw straat, kun je vier seizoenen per jaar genieten van een levende tuin – en versterk je de unieke biodiversiteit van jouw streek, door een klein leefgebied te creëren voor kenmerkende planten en dieren.
Tuinen in deze streek
Lokale initiatieven
- Ken je een relevant initiatief uit deze streek? Laat het ons weten!
- Steenbreek Nijmegen