Als jij houdt van een groene, levende tuin vol biodiversiteit, blijk je niet alleen te zijn. Die opbeurende conclusie trekken wij uit het bestuderen van twee invloedrijke praatgroepen waar groene tuiniers uit Nederland en Vlaanderen elkaar dagelijks verder helpen. Wij zijn nieuwsgierig naar de oprichters. Wie zijn ze, en waar begon hun reis? Wat geeft ze voldoening? En hoe staat het eigenlijk met hun eigen tuin?
Een kever onder een houtblok, een groepje bladluizen onder een twijg, een galmugje verstopt binnen de rand van een wilgenblad. Dauw, wind, rijp, zon – en hopelijk tsjirpende vogels, fladderende vlinders en zachtjes zoemende wilde bijen. En natuurlijk het grote geheim dat ecologjsch tuiniers kennen: er valt élke dag wel iets te ontdekken. “De egel is langs geweest! Ik zag een keuteltje liggen!” Herkenbaar?
Dit genot van ecologisch tuinieren speelt buiten in de echte wereld, daar direct aan je voeten als je je huisdeur opent. Het mooie (en gezonde) is dus dat je er geen computer voor nodig hebt. En je hoeft ook zeker geen account te hebben op een groot social media-platform als Facebook.
Maar voor wie daar op een verloren moment toch zo nu en dan eens rondscharrelt, speelt daar wel iets interessants. Er zijn in de afgelopen jaren allerlei ‘Facebookgroepen’ ontstaan waar groene tuinliefhebbers van elkaar kunnen leren – en elkaar kunnen inspireren.
Soms zijn dat heel specifieke groepen. Zoals een waar je tuinwaarnemingen kunt delen, hulp kunt vragen bij het determineren van wilde bijen, waar je om tips kunt vragen bij het aanleggen van natuurlijke vijvers en poelen – of bijvoorbeeld een waarin je op de hoogte kunt blijven van alle ins en outs over “heggen, hagen, houtwallen en takkenrillen“.
Stuk voor stuk zijn dat plekken waarin mensen vertellen over hun eigen ervaringen, waar mooie en inspirerende foto’s voorbij komen, waar experts met reusachtig veel kennis meekijken – en waar je ook als enthousiaste beginner gewoon terecht kunt met een simpele vraag.
Er bestaan ook groepen voor liefhebbers van ecologisch tuinieren in wat bredere zin. En twee daarvan zijn wel heel groot: Tuinieren met Wilde Planten van hier (momenteel 31.800 leden) en de groep Natuurvriendelijk inheems tuinieren (ook al 31.400 leden). Zelfs in de herfst, als een groot deel van het tuinleven wat welverdiende rust neemt, zijn er dagelijks gesprekken gaande.
Kwekerij, boeken én Facebookgroep over wilde planten
Zoals de namen al aangeven staat in beide groepen het gebruik van planten die van oorsprong voorkomen in de Nederlandse natuur centraal. Die planten hebben over duizenden jaren relaties opgebouwd met allerlei andere soortgroepen.
Dat gaat om veel meer dan alleen bijen en vlinders (nachtvlinders meegerekend al een slordige 3000 soorten). Het gaat ook om bijvoorbeeld paddenstoelen, cicaden, galwespjes, tripsen en bladluizen – nog weer duizenden soorten met ook weer duizenden natuurlijke vijanden, vaak sterk onderling gespecialiseerd en dus van elkaars aanwezigheid afhankelijk. Tuinieren met inheemse of wilde planten is dus eigenlijk dé (enige) grote basisvoorwaarde voor ecologisch tuinieren – en voor wie een tuin vol biodiversiteit wil. (Hoe vol eigenlijk? Nou, neem Jochem Kühnen: hij spotte onlangs z’n 2.500ste soort in een piepkleine hoektuin, die inderdaad vól inheemse planten staat.)
Dat inheemse (of ‘wilde’) planten centraal staan, is ook geen toeval als we kennismaken met de oprichter van de oudste groep: Martin Stevens. Die startte Tuinieren met Wilde Planten van hier al in 2015. “Ik had er geen idee van dat het zo groot zou worden”, zegt Stevens. “En de invloed is ook groot, omdat je vaak lange ‘draadjes’ ziet – waar mensen over een onderwerp in gesprek zijn.”
Stevens is voor plantenliefhebbers een bekende naam. In de jaren 80 en 90 beheerde hij het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten in het Corversbos bij Hilversum, waar Stevens al een kwekerij voor wilde planten opzette. Later volgde een steenworp verderop Kas & co, een inheemse en pesticidenvrije kwekerij in Kortenhoef, waar tuiniers inheemse planten kunnen kopen. Stevens heeft Kas & co zakelijk overgedaan aan een lokale maatschappelijke organisatie zonder winstoogmerk (de AltijdWerkplaats). “Maar ik adviseer er nog over planten en werk er zelf ook nog mee.”
Tussendoor schreef Stevens samen met Marlies Huijzer achtereenvolgens de boeken Tuinieren met wilde planten (2020) en Wilde planten in eigen tuin (2022).
‘Facebookgroep uit opwelling ontstaan’
Inmiddels zullen velen ook Karin Kuypers kennen, maar dan onder haar alias ‘Karins Heemrijke Natuurtuin’. Zij is de enthousiaste oprichter van de eveneens fors uit de kluiten gegroeide groep Natuurvriendelijk inheems tuinieren. Zij noemt in alle bescheidenheid Martin de expert en zichzelf de leek, maar dankzij een indrukwekkend steile leercurve is daar absoluut geen sprake meer van, getuige de vele inhoudelijke en behulpzame commentaren.
In 2019 begon Kuypers een cursus tuinontwerp. Ze had veel aan de groep van Martin, waar ze ook een tijd meehielp in het beheer. “Toen ben ik in 2020 op Facebook een tuindagboek gestart om de voortgang van mijn tuinontwerp in beeld te brengen. Hier kreeg ik tot mijn verbazing zó veel vriendschapsverzoeken voor dat ik om dat af te vangen een jaar later de tuingroep heb opgericht. Terugkijkend moet ik zeggen dat ik geen speciale gedachte had achter de groep, die is min of meer in een opwelling ontstaan.”
Maar na verloop van tijd krijgt het ook een praktisch kant. Hoe is het eigenlijk om zo’n groep te beheren? Wat is lastig en wat geeft voldoening?
‘Ik word heel blij als mensen kiezen voor inheemse planten’
Ten eerste krijgen Stevens en Kuypers daar gelukkig hulp bij van enkele medebeheerders. “Het beheren kost aardig wat tijd en zeker nu de groep zo groot is, kan ik niet alles meelezen”, zegt Karin. “Maar gelukkig zijn er enthousiaste leden die mee ondersteunen en heb ik sinds een half jaar hulp van een lieve moderator met wie ik goed op een lijn zit.”
Ook Stevens heeft gelukkig twee gemotiveerde medebeheerders. Vanzelfsprekend horen er ook regels bij, zegt hij. “Dwarsliggers en treiteraars worden geblokkeerd. Maar meestal zijn er alleen maar zinvolle vragen en discussies.” Net als Stevens richt ook Kuypers zich specifiek op inheemse planten. “Sommige mensen vinden mij daar te strikt in, dat geeft wel eens wrijving. Maar dat doe ik omdat we ons willen blijven onderscheiden van alle andere ‘gewone’ tuingroepen die er zijn.”
Toch heeft ook Kuypers vrijwel uitsluitend positieve ervaringen. “Het geeft veel voldoening dat er zoveel belangstelling is voor het onderwerp en ik word er heel blij van als ik een berichtje lees van iemand die besloten heeft om naar aanleiding van informatie in de groep inheems aan te planten, een wadi of vijvertje aan te leggen of rommelhoekjes te creëren.”
“En waar ik ook blij van word is dat er zoveel mensen met kennis bereid zijn die te delen. Ook Martin leest mee in mijn groep en informeert waar nodig, dat stel ik zeer op prijs.” En Kas & co is ook nog haar favoriete kwekerij, verklapt ze.
Argusvlinder in een veenweidetuin
Dat laatste zal mogelijk óók nog een praktische reden hebben: de kwekerij is lekker dichtbij – Karins eigen tuin ligt hemelsbreed maar 10 kilometer verderop, in het veenweidegebied bij Vinkeveen (wat wij rekenen tot de streek ‘Hollands en Utrechts laagveengebied‘). En daar is een ander interessant project gaande:
“Toen we in 2016 ons huidige huis kochten was de voortuin driehonderd vierkante meter grind met puin eronder en de zijtuin een kaal strak gazon met een perenboompje, dikke schuttingen en een groot terras van zware betontegels.”
Dat is acht jaar later veranderd in een weelderige groene oase vol leven. “Dit jaar hadden we naast broedende merels en duiven nestjes van een pimpelmees, een heggenmus en een winterkoninkje, zag ik vinken zaden uitpikken, Europese hoornaars hout knagen voor hun nest, hommels in een grondnest bij de voordeur, een oranjetipje, een argusvlinder en een grote klokjesbij. Allemaal voor het eerst, dat ontroert me.”
‘Volgend jaar nog meer nadruk op streeksoorten’
Maar de huidige staat is nog niet helemaal naar Kuypers tevredenheid. “Qua beplanting ben ik een beetje doorgeslagen: ik heb 163 verschillende soorten in de tuin. Vanaf volgend jaar wil ik nog wat meer de nadruk gaan leggen op streekgebonden soorten. Dat zijn er nu zo’n dertig. Dat wordt dus minder soorten, maar dan met meer exemplaren ervan. Dat was overigens ook de feedback bij mijn cursus tuinontwerp: keuzes maken. Ik vind alles mooi, maar herhaling zorgt voor een rustiger beeld.”
Ook voor Stevens speelt de tuin een belangrijke rol. Zijn liefde voor wilde planten begon toen hij op jonge leeftijd een ‘Jeugdflora‘ kreeg (een boek voor kinderen over wilde planten met eerste druk in 1958), lid werd van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie (NJN) “en thuis de tuin mocht doen“.
Stevens huidige privétuin in Kortenhoef bestaat inmiddels dertig jaar en staat net als die van Kuypers vol met inheemse planten (sterker nog: hier zelfs 250 verschillende soorten, zegt Stevens – het merendeel wild). “En toch ziet de tuin er elk jaar weer anders uit.” Ook dát is het wonder van een echt levende tuin…
Kort dankwoord
Tot slot nog een kleine opmerking van onze kant – over ‘dat we niet alleen zijn’. Laten we dat besef koesteren, het is namelijk belangrijk. In de genoemde groepen komen met enige regelmaat ook posts voorbij van bijvoorbeeld mensen in een huurwoning die door een overijverige regeltjesziftende verhuurder verordonneerd zijn hun weelderig bloeiende tuin vol leven te kortwieken, of van bevlogen groene tuiniers die een conflict hebben met een buur die juist een voorkeur heeft voor een levenloze tegeltuin met betonschutting. Als je zelf ooit met al je mooie bedoelingen in zo’n situatie belandt, weet dan dat er velen zijn die dit herkennen – dat er dus zelfs plekken zijn waar je hierover je hart kunt luchten – zodat je hopelijk je goede moed niet verliest. Die goede moed tonen ook Stevens, Kuypers en alle mensen die ze helpen met modereren. Voor wie ook met plezier gebruik maakt van de tuingroepen: laten we ze bedanken voor hun inzet en met elkaar meehelpen die sfeer er zo goed te houden. Bedankt voor jullie mooie werk!