De website van Streektuinen is amper een half jaar in de lucht en afgelopen weekend heeft zich al de duizendste tuin aangemeld. Wat een start en wát een aanmoediging om samen verder te bouwen aan een reusachtig netwerk – een netwerk van levende tuinen die verbonden zijn met de ecologie van het buitengebied.
Want dat is wat we met elkaar doen: bouwen aan een soort ecologische hoofdstructuur, met minuscule haarvaten door heel Nederland – en ook dwars door de bebouwde kom. We leren van dat netwerk dat we niet alleen zijn. En juist omdat we met steeds meer zijn, overstijgt het effect van wat we gezamenlijk doen ook de directe invloedsfeer van de individuele tuinen. Als netwerk van ecologische tuinen zijn we dan ook onderdeel van het nationale Deltaplan Biodiversiteitsherstel – en elk balkon en elke tuin die overstag gaat, kiest voor effectieve vergroening en zich ook aansluit, verhoogt de waarde van wat we allemaal gezamenlijk doen.
Wij zijn dus heel verheugd met deze enorme basis – en kijken ook met hoop naar het nieuwe tuinseizoen, de eerste lente voor Streektuinen!
Eén van de laatst aangemelde tuinen is Hazelhof, gelegen in de Noord-Hollandse kustplaats Schoorl. De tuin staat vol met streeksoorten, zoals wilde liguster, hondsroos, wilde lijsterbes, toortsen, vingerhoedskruid en wilde judaspenning.
Vanaf Bergen (vlak ten zuiden van Schoorl) begint een bijzondere streek: de noordelijke duinstreek, die zich ook uitstrekt over de waddeneilanden. Vanwege de bijzondere klimaatomstandigheden en een wat afwijkend kalkgehalte komen daar weer andere bijzondere soorten voor, zoals kraaihei, rozenkransje en bijvoorbeeld de behaarde struweelroos.
Samen met Groen Diever werden afgelopen zaterdag voor lokale tuinen onder andere zeldzame wilde rozen uitgedeeld die nog voorkomen in het grensgebied van Drenthe en Friesland, zoals de viltroos, de heggenroos en de beklierde heggenroos.
Waarom is verdere groei dan eigenlijk nog belangrijk? Wij hanteren onder andere het perspectief van een kleine zandbij. Die heeft in een echte streektuin eigenlijk alles om van te leven: geschikt voedsel, nestgelegenheid en hopelijk wat soortgenoten. Eén tuin kan al een volwaardig leefgebied zijn. Maar om soorten echt te behouden moeten kleine populaties ook contact kunnen maken – en moeten soorten ook door het landschap kunnen reizen. Dan wil je verderop in de straat eigenlijk nog een tuin zoals de jouwe. Verderop in de wijk nog vijf. En vele duizenden verspreid door heel Nederland.
Omgekeerd zal ook jouw tuin daarvan profiteren. Misschien ben je in de zomer weleens aan het waarnemen in je eigen tuin, en hoop je dan op bijzondere soorten. Voor veel van die soorten zal gelden dat ze, áls ze jouw tuin eenmaal bereikt hebben, veilig de finish hebben gehaald. Dáár valt te eten. Dáár valt te leven.
Maar als je nou in Middelburg of Zierikzee woont en je hoopt op bezoek van de lokaal voorkomende langkopsmaragdgroefbij, dan is het ook hopen dat er ergens bij jou in de buurt buren zijn die ook paardenbloemen en andere gele composieten in de tuin laten groeien. Want dan kan deze kleine grondnestelende bijensoort van stapsteen naar stapsteen uiteindelijk ook veilig jouw tuin bereiken.
Woon je in Winterswijk en zou je graag bezoek hebben van de lokaal voorkomende zeldzame en al even kleine blauwe ertsbij, dan is te hopen dat er ergens bij jouw tuin in de buurt nog schrale grasveldjes voorkomen met soorten als muizenoor en zandblauwtje of tuinen met slangenkruid, een andere favoriete drachtplant voor deze wilde bij. Als jij vervolgens rietstengels hebt hangen, kan je met veel geluk ook deze stengelnestelaar in je tuin bewonderen.
Vrouwtje blauwe ertsbij op slangenkruid. Foto: Pieter van Breugel
Het punt dat we proberen te maken: streektuinen vitaliseren niet alleen de lokale ecologie, maar het is óók andersom: hoe gezonder de lokale ecologie, hoe hoger ook de biodiversiteit in jouw tuin kan zijn. En daarom zijn we dus zo blij dat we niet alleen zijn!
Ondertussen wortelen duizenden nieuwe ‘streekstruiken’!
Terwijl tuin nummer duizend zich aanmeldde, zaten we zelf afgelopen weekend ook niet stil. Zo hadden we achtereenvolgende uitdeelacties in Drenthe, te beginnen in Diever, gelegen naast het Drents-Friese Wold. Lokale tuinen ontvingen daar streekeigen struwelen met tweestijlige meidoorn, drie verschillende soorten lokaal voorkomende zeldzame rozen en (voor wat vochtiger delen van de tuin) de laurierwilg – alles van autochtone herkomst.
Die laurierwilg – een echte Drentse icoonsoort – werd in wat grotere aantallen ook uitgedeeld in Gieten (op de Hondsrug, deels voor wat vochtiger tuinen in de aangrenzende oude Veenkoloniën) en een dag later nog in de buurt van Hoogeveen.
Gelijktijdig waren er afgelopen weekend in samenwerking met Meer Bomen Nu Zeeland ook nog grote uitdeelacties van streekeigen struwelen op Walcheren, Zuid-Beveland, Tholen en Zeeuws-Vlaanderen. Wij hopen natuurlijk dat alle streekstruiken straks in het nieuwe groeiseizoen goed aanslaan, dat er maar veel leven van mag profiteren en dat alle tuiniers er de komende jaren van zullen genieten!