Wilde tuin waar alles (met mate) mag bloeien. Denk aan: beemdkroon, bosaardbei, echte valeriaan, geelgroene vrouwenmantel, kamille, gewone engelwortel, gewone magriet, gewone smeerwortel, grote pimpernel, grote tijm, kleine tijm hemelsleutel, hokjespeul, lievevrouwebedstro, maarts viooltje, peen, wilde marjolein, meidoorn, duindoorn, sleedoorn, gele kornoelje, gewone vlier, absintalsem, wilde gagel, bergsteentijm, bijvoet, lupine, bleke klaproos, honingklaver, witte klaver, rode klaver, roomse kervel, gewone venkel, duizendblad, guldenroede, vlasbekje, rolklaver, kaasjeskruid, campanula, stalkaars, sint janskruid, havikskruid, zeekool, zwarte braam, daslook, valse salamonszegel en struisvaren.